In een klein dorpje woont Adrie  in het boerderijhuis waar hij altijd al heeft willen wonen,.

Het ligt midden in het groen, met veel ruimte er omheen waar hij zijn eigen gang kan gaan.

 

 

 

 Naast zijn reguliere werk heeft Adrie zijn handen vol aan het verzorgen van alle beesten rondom zijn huis, bij de schuren van wijlen zijn moeder, in de wei en het vee wat aan de rand van zijn bos staat. 

 

De paarden staan vlakbij Adrie zijn woonhuis in de wei zodat hij er vaak naar toe kan lopen om ze even aan te halen en te bewonderen.

 

 

 

Alle aandacht gaat naar buiten, binnen is daar niet veel tijd voor over.

 

 

 

 In de oude schapenschuur van zijn moeder (in het dorpje verderop) maakt hij de melk aan voor de pony en geeft hij de poezen te eten.

 

 

 

In het naastgelegen dorpje staan zijn drie koeien in het bos.

Hier rijdt hij 's morgens en 's avonds naar toe om ze te voeren en water te geven.